Anne en Paul
Vakantieverhaal
Voor de vakantie hebben we een aantal zinnen gekregen waarmee we een (vakantie)verhaal moesten schrijven. Ik heb een aantal zinnen gebruikt om een wat langer verhaal te schrijven. Alle hoofdstukken beginnen met één van de opgegeven zinnen.
|
Hiernaast vind je de ingesproken versie van Anne en Paul =>
|
![]()
|
Hoofdstuk 1
“Zullen we dit jaar eens heel ergens anders heen gaan?”
Anne en Paul zitten aan de keukentafel. De schaal met lasagne is helemaal leeg, maar dat had Anne ook wel verwacht. Paul is gek op haar lasagne. Hij zit ontspannen achterover gezakt op zijn stoel, zijn handen tevreden op zijn buik, een glimlach op zijn gezicht.
“Ergens anders? Met vakantie bedoel je?” vraagt Anne.
“Ja, de kinderen gaan dit jaar geen van allen met ons mee, dus we kunnen alles doen wat wij willen.”
“Dat is nog niet zo’n slecht idee” zegt Anne terwijl ze op staat om de tafel af te ruimen. Paul staat ook op en pakt de schaal van de tafel en zet hem in de gootsteen. Terwijl hij hem afspoelt vraagt hij aan Anne of ze zin heeft in koffie. “Lekker” zegt Anne en gaat ondertussen verder met het inruimen van de vaatwasser.
“Waar zou jij nu het allerliefst naar toe willen?” vraagt Paul.
Anne kijkt met een wat gegeneerde blik op. “Als ik heel eerlijk ben zou ik best eens naar zo’n superdelux all-inclusive hotel willen in Turkije. Niet hoeven koken, alleen maar ontspannen aan het zwembad liggen. Ben wel toe aan een rustige relaxvakantie na dit afgelopen hectische jaar.”
“Weet je het zeker? Je hebt altijd gezegd dat het je vreselijk leek, zo hutje mutje alleen maar liggen bij een zwembad.”
“Ik weet het, maar… nou ja, ik merk dat ik moe ben en dat wij het afgelopen jaar ook weinig tijd voor elkaar hebben gehad. Daar aan het zwembad worden we nergens door afgeleid en kunnen we ons weer helemaal op elkaar richten.”
“Hmmm…. Ik twijfel nog wel wat” zegt Paul, “maar als jij het zo graag wilt, laten we dat dan gaan doen. 14 dagen all-inclusive naar Turkije. Zoek jij maar een hotel uit. Ik laat me verrassen!”
Hoofdstuk 2
“Ik schrijf wel dat het hier geweldig is, anders staan we goed voor schut” zegt Anne terwijl ze achter haar laptop kruipt en Facebook opent. “Wat foto’s erbij… Ik had ook niet zo veel over de vakantie moeten praten met iedereen en dat het zo fantastisch zou worden.”
Het is inmiddels de 5e dag dat Anne en Paul in Turkije zijn. Ze hadden er zo naar uitgekeken, maar helaas valt het hen heel erg tegen. Waar Paul al bang voor was is gebeurd. Ze vervelen zich heel erg. Het iedere dag bij het zwembad liggen is minder ontspannend dan ze verwacht hadden. Daarnaast hebben ze de pech dat het ook nog regelmatig regent en ze dus regelmatig niet eens bij het zwembad kunnen liggen. Door ziekte van de begeleiders gaan ook net de excursies die zij wilden doen niet door. En tot overmaat van ramp blijkt Margje, de collega waar Anne een bloedhekel aan heeft omdat zij altijd alles beter weet, kan en heeft, samen met haar even irritante man, in hetzelfde hotel te logeren.
Eigenlijk is de grootste uitdaging om die collega te ontlopen. Dat zorgt regelmatig voor ongemakkelijke situaties waar Anne en Paul achteraf gelukkig wel de humor van in kunnen zien. Inmiddels is het haast een spel geworden om snel weg te duiken achter muurtjes en pilaren die volop aanwezig zijn in het hotel.
Nadat Anne het bericht op Facebook heeft gezet besluiten ze naar de kleine boulevard in de buurt te gaan. Ze willen alvast wat souvenirs voor de kinderen kopen en een wandeling langs het strand maken.
Ze zijn het hotel nog niet uit of ze zien 100 meter voor hen Margje en haar man lopen.
“Nee, hè” kreunt Anne. Snel duiken ze een zijstraatje in. Ze zien nog net Margje omkijken. Het lijkt wel of ze het ruikt als Anne en Paul in de buurt zijn.
Snel lopen ze verder in de hoop dat Margje en haar man niet achter hen aankomen.
Via een omweg komen ze op het strand, de souvenirs moeten nog maar even wachten.
Met hun schoenen in hun hand, lopen ze gearmd het strand op. Het zachte zand voelt koel onder hun voeten. Terwijl ze naar de ondergaande zon kijken voelen ze weer dat hun band nog even sterk is als in het begin van hun relatie. Dit zijn de momenten waarop Anne en Paul wel genieten van deze vakantie samen.
“Oh nee, niet weer, niet nu!” Paul trekt Anne met zich mee. Ze begrijpt direct wat er aan de hand is en rent half struikelend achter Paul aan. Deze hele situatie van het steeds wegvluchten is zo absurd geworden dat ze allebei in de lach schieten en niet meer kunnen stoppen. De tranen biggelen bij Anne over haar wangen terwijl ze samen zo snel mogelijk naar het hotel terugrennen.
Eenmaal in de hotelkamer lukt het eindelijk om te stoppen met lachen.
“We kunnen van alles van deze vakantie en van Margje en haar man denken, maar ik heb in tijden niet zoveel lol gehad!”
Hoofdstuk 3
"Ga jij nu eens naar beneden om de handdoeken alvast op de stoelen te leggen!” probeert Anne zo serieus mogelijk tegen Paul te zeggen.
Het is 8.00 uur, het tijdstip waarop Anne iedere ochtend wat yoga-oefeningen doet op het balkon van de hotelkamer. Het is ook het tijdstip waarop ze de man van Margje iedere ochtend weer met een paar grote handdoeken en een chagerijnig gezicht naar 2 stoelen bij het zwembad ziet lopen. Orders van Margje natuurlijk. Anne krijgt bijna medelijden met de man, bijna…. als hij niet zo arrogant was.
Paul en zij hebben zich inmiddels neergelegd bij de vaste structuur van de dag die is ontstaan. In het ontlopen van Margje en haar man zijn ze een kei geworden en de regen is ook gestopt.
De afgelopen 2 dagen hebben Paul en Anne een geintje uitgehaald door, nadat de man van Margje de handdoeken had neergelegd en weggelopen was, heel flauw de handdoeken op andere stoelen neer te leggen.
Na het seintje van Anne loopt Paul weer snel naar beneden om de handdoeken te verplaatsen.
De handdoeken net in zijn handen, springt ineens Margje tevoorschijn. Geschrokken blijft Paul staan.
“Dus jullie zijn het! Ik had het kunnen weten. Zoiets kinderachtigs kan alleen Anne maar bedenken en jou daarin meeslepen. Zodra we weer terug zijn zal ik haar baas inlichten en dan…. en dan…..”
Hoofdstuk 4
“En? Hebben jullie het leuk gehad?” Oh jee, de gevreesde vraag. Anne en Paul lopen in de supermarkt en net als in Turkije doen ze hun uiterste best om bekenden te ontlopen.
Ook al hebben ze besproken wat ze zullen antwoorden op die vraag, voelen ze zich ongemakkelijk, want beiden kunnen niet goed liegen. De volledige waarheid vertellen willen ze echter ook niet.
Ze hebben Cora al gezien, maar het is tot dat moment gelukt om steeds op tijd een ander gangpad in te duiken. Eerlijk gezegd had dit op hun beide hetzelfde lachwekkende effect als bij het ontlopen van Margje en haar man.
“Hoi Cora, of we het leuk hebben gehad? Ja, heel leuk. We hebben in tijden niet zo gelachen met zijn tweeën en hebben elkaar weer helemaal gevonden. Veel lichaamsbeweging, lekker lange dagen, omdat we een stok achter de deur hadden om vroeg op te staan, al met al een hele onverwachte, andere vakantie, maar daarom juist zo bijzonder. Hey, maar we moeten nu opschieten, want de plicht roept zo al weer. Doei!”
Anne sleept Paul bij zijn arm mee naar buiten. Eenmaal daar houdt Paul Anne tegen en kijkt haar aan.
“Dat was niet het antwoord dat we afgesproken hadden Anne, maar eigenlijk klopt het wel!”
Anne knikt en lacht, “maar volgend jaar gaan we wel weer camperen hoor!”
Kijk voor meer informatie over Cozon Creatief en wat ik nog meer te bieden heb bij de pagina's Over CoZon Creatief, Coaching, Workshops, Eigen werk, Blogs.