De brief van Blauwbaard
De schrijfopdracht: Een brief schrijven die Blauwbaard zou kunnen hebben geschreven. Blauwbaard is een man uit een sprookje van Charles Perrault in het boek 'Sprookjes van moeder de gans'.
Als je dit sprookje niet kent , misschien handig om deze eerst te lezen, zie bijvoorbeeld Blauwbaard (beleven.org) .
Mijn brief is gebaseerd op het verhaal van Blauwbaard uit het boek 'Willeke er was eens.... ' van Mies Bouhuys uit 1973. Een boek waarin Willeke Alberti in diverse sprookjes de vrouwelijke hoofdrol speelt.
Let op: Dit verhaal is niet zo lieflijk als jullie van mij gewend zijn, maar dat is het verhaal van Blauwbaard ook niet, dus wees voorbereid!!
Als je dit sprookje niet kent , misschien handig om deze eerst te lezen, zie bijvoorbeeld Blauwbaard (beleven.org) .
Mijn brief is gebaseerd op het verhaal van Blauwbaard uit het boek 'Willeke er was eens.... ' van Mies Bouhuys uit 1973. Een boek waarin Willeke Alberti in diverse sprookjes de vrouwelijke hoofdrol speelt.
Let op: Dit verhaal is niet zo lieflijk als jullie van mij gewend zijn, maar dat is het verhaal van Blauwbaard ook niet, dus wees voorbereid!!
Hier vind je de ingesproken versie van De brief van Blauwbaard =>
|
|
Elvira,
Hoe heb je mij zo kunnen verraden. Ik dacht dat jij anders was. Niet zoals mijn andere vrouwen. Je deed je voor als een vrouw die van mij hield. Ik geloofde je. Ik vertrouwde je. Ik vertrouwde je zo dat ik net als bij mijn andere vrouwen jou het sleuteltje toevertrouwde. Ik dacht dat ik dit keer een vrouw gevonden had die zou doen wat ze zei, zou luisteren naar mij en dat je dat ene niet zou doen wat ik je vroeg om niet te doen. Verder verlangde ik niets van je, behalve liefde. Ik gaf je alles, mijn kasteel, mijn geld, mijn volledige toewijding, míjn liefde.
Het begon bij mijn eerste vrouw. Ze beloofde mij eeuwige trouw. Ze beloofde mij altijd eerlijk te zijn. En toen, die ene dag, ik zou een paar dagen weg gaan, was al op weg, maar kreeg na een dag een bericht dat het niet meer door ging. Zo snel als ik kon ging ik terug naar mijn vrouw, want zij had gezegd dat ze mij zo zou missen en ik miste haar ook. Missen deed zij mij echter niet, want toen ik thuis kwam vond ik haar in ons bed, samen met de stalknecht.
De stalknecht kon op tijd wegkomen, ik heb hem nooit meer gezien.
Mijn woede kon ik op dat moment ternauwernood in bedwang houden, maar je snapt natuurlijk wel dat ik dit niet over mijn kant kon laten gaan. Ik móest actie ondernemen. Ik kon haar niet langer onder mijn dak dulden, maar ik kon ook niet dulden dat ze er met een ander vandoor zou gaan. Ik sloot haar op in de slaapkamer om vervolgens in mijn bibliotheek na te denken over hoe ik van haar af kon komen. Onder het genot van een cognac en een sigaar, zittend bij de open haard, liet ik alle opties voorbij gaan. Bij eentje kreeg ik, je zou kunnen zeggen, vlinders in mijn buik. Ja Elvira, het voelde alsof ik weer verliefd was, terwijl natuurlijk het tegendeel waar was. Hoe zou ik nog verliefd kunnen zijn op die vrouw terwijl zij mij zo bedrogen had? Ze schreeuwde inmiddels zo hard, dat ik haar in mijn bibliotheek hoorde. Ik moest haar verlossen voordat zij helemaal uitgeput zou zijn.
En verlost heb ik haar. Ik nam de pook mee waarmee ik nog even daarvoor de kachel had opgepord, en liep op mijn gemak naar de slaapkamer. Dat hoopvolle gezicht van die vrouw toen ik de deur opende. Haar smeekbedes. De vlinders in mijn buik fladderden nog sterker. Kippenvel en rillingen over mijn lijf zoals je kan hebben als je een lied hoort dat je raakt. Het weten wat ik ging doen... Ik zag haar kijken naar de pook en zag haar gezicht op het moment dat zij begreep wat ik zou gaan doen. Euforisch voelde ik mij. Ze kroop naar achteren, maar niet ver genoeg. Ik pakte de pook stevig beet en zwaaide ermee. Het geluid van de klap tegen haar hoofd. Een mooier geluid had ik tot dan nog niet gehoord. Ze gilde, probeerde weg te komen, struikelde en ik sloeg nog een keer. Het bloed spoot uit haar hoofd. Zo mogelijk klonk deze klap nog mooier en de rode kleur van het bloed..... op een schilderij had het niet misstaan. En nog een klap, en nog één... totdat ze bleef liggen. Ik ging zitten in de grote stoel naast het bed en bleef nog even kijken naar hoe zij daar lag. Nog wat laatste stuiptrekkingen en stil. Ik haalde een deken, rolde haar daar in en droeg haar naar het kleine kamertje in de kelder. Daar legde ik haar op de grond, trok het kleed van haar weg zodat ze in volle glorie te zien was. Bloed droop nog wat na uit haar hoofdwond over de vloer, een prachtig spoor achterlatend.
Zij was de eerste van de zes vrouwen die volgden. Allemaal vrouwen die mij verzekerden dat zij nooit zouden liegen en al zeker niet dat ene zouden doen wat ik hen vroeg niet te doen. Maar allemaal hebben zij mij bedrogen door de deur te openen van het kleine kamertje in de kelder. Als ik heel eerlijk ben voelde ik iedere volgende keer het bloed sneller stromen als bleek dat ik ze niet kon vertrouwen. Het was genieten om in mijn stoel in de bibliotheek weer een nieuwe manier te bedenken om ze om te brengen. Ik zal je die manieren besparen, maar reken er maar op dat hun gillen geklonken hebben als Bach-muziek, hun bloed schilderijen hadden kunnen vormen als die van Picasso.
En toen kwam jij! Jij was anders. Tenminste dat dacht ik. Jij met je blonde krullen, je glimlach die mijn hart liet smelten. Iets wat ik nooit verwacht had dat dat bij mij kon gebeuren. Het leek zo goed te gaan. Ik merkte dat ik ging geloven dat jij echt de eerlijkheid zelve was.
Bij de andere vrouwen merkte ik dat ik na een tijdje een soort verlangen kreeg naar de ervaring van het doden van die vrouwen.
Bij jou, Elvira had ik dat niet. Ik ging dan ook vol vertrouwen weg in de wetenschap dat jij degene was die níet naar het kleine kamertje zou gaan. Het leek op een dolksteek toen bleek dat ook jij... Jij!! Waarom Elvira?? Waarom??
Jij hebt echter gewonnen Elvira. Anna had hard genoeg geroepen. Je broers waren op tijd om je te redden.
Daar lig ik nu. Bij al mijn ex-vrouwen in het kleine kamertje. En eerlijk gezegd, ik lig hier eigenlijk wel comfortabel.
Hoe heb je mij zo kunnen verraden. Ik dacht dat jij anders was. Niet zoals mijn andere vrouwen. Je deed je voor als een vrouw die van mij hield. Ik geloofde je. Ik vertrouwde je. Ik vertrouwde je zo dat ik net als bij mijn andere vrouwen jou het sleuteltje toevertrouwde. Ik dacht dat ik dit keer een vrouw gevonden had die zou doen wat ze zei, zou luisteren naar mij en dat je dat ene niet zou doen wat ik je vroeg om niet te doen. Verder verlangde ik niets van je, behalve liefde. Ik gaf je alles, mijn kasteel, mijn geld, mijn volledige toewijding, míjn liefde.
Het begon bij mijn eerste vrouw. Ze beloofde mij eeuwige trouw. Ze beloofde mij altijd eerlijk te zijn. En toen, die ene dag, ik zou een paar dagen weg gaan, was al op weg, maar kreeg na een dag een bericht dat het niet meer door ging. Zo snel als ik kon ging ik terug naar mijn vrouw, want zij had gezegd dat ze mij zo zou missen en ik miste haar ook. Missen deed zij mij echter niet, want toen ik thuis kwam vond ik haar in ons bed, samen met de stalknecht.
De stalknecht kon op tijd wegkomen, ik heb hem nooit meer gezien.
Mijn woede kon ik op dat moment ternauwernood in bedwang houden, maar je snapt natuurlijk wel dat ik dit niet over mijn kant kon laten gaan. Ik móest actie ondernemen. Ik kon haar niet langer onder mijn dak dulden, maar ik kon ook niet dulden dat ze er met een ander vandoor zou gaan. Ik sloot haar op in de slaapkamer om vervolgens in mijn bibliotheek na te denken over hoe ik van haar af kon komen. Onder het genot van een cognac en een sigaar, zittend bij de open haard, liet ik alle opties voorbij gaan. Bij eentje kreeg ik, je zou kunnen zeggen, vlinders in mijn buik. Ja Elvira, het voelde alsof ik weer verliefd was, terwijl natuurlijk het tegendeel waar was. Hoe zou ik nog verliefd kunnen zijn op die vrouw terwijl zij mij zo bedrogen had? Ze schreeuwde inmiddels zo hard, dat ik haar in mijn bibliotheek hoorde. Ik moest haar verlossen voordat zij helemaal uitgeput zou zijn.
En verlost heb ik haar. Ik nam de pook mee waarmee ik nog even daarvoor de kachel had opgepord, en liep op mijn gemak naar de slaapkamer. Dat hoopvolle gezicht van die vrouw toen ik de deur opende. Haar smeekbedes. De vlinders in mijn buik fladderden nog sterker. Kippenvel en rillingen over mijn lijf zoals je kan hebben als je een lied hoort dat je raakt. Het weten wat ik ging doen... Ik zag haar kijken naar de pook en zag haar gezicht op het moment dat zij begreep wat ik zou gaan doen. Euforisch voelde ik mij. Ze kroop naar achteren, maar niet ver genoeg. Ik pakte de pook stevig beet en zwaaide ermee. Het geluid van de klap tegen haar hoofd. Een mooier geluid had ik tot dan nog niet gehoord. Ze gilde, probeerde weg te komen, struikelde en ik sloeg nog een keer. Het bloed spoot uit haar hoofd. Zo mogelijk klonk deze klap nog mooier en de rode kleur van het bloed..... op een schilderij had het niet misstaan. En nog een klap, en nog één... totdat ze bleef liggen. Ik ging zitten in de grote stoel naast het bed en bleef nog even kijken naar hoe zij daar lag. Nog wat laatste stuiptrekkingen en stil. Ik haalde een deken, rolde haar daar in en droeg haar naar het kleine kamertje in de kelder. Daar legde ik haar op de grond, trok het kleed van haar weg zodat ze in volle glorie te zien was. Bloed droop nog wat na uit haar hoofdwond over de vloer, een prachtig spoor achterlatend.
Zij was de eerste van de zes vrouwen die volgden. Allemaal vrouwen die mij verzekerden dat zij nooit zouden liegen en al zeker niet dat ene zouden doen wat ik hen vroeg niet te doen. Maar allemaal hebben zij mij bedrogen door de deur te openen van het kleine kamertje in de kelder. Als ik heel eerlijk ben voelde ik iedere volgende keer het bloed sneller stromen als bleek dat ik ze niet kon vertrouwen. Het was genieten om in mijn stoel in de bibliotheek weer een nieuwe manier te bedenken om ze om te brengen. Ik zal je die manieren besparen, maar reken er maar op dat hun gillen geklonken hebben als Bach-muziek, hun bloed schilderijen hadden kunnen vormen als die van Picasso.
En toen kwam jij! Jij was anders. Tenminste dat dacht ik. Jij met je blonde krullen, je glimlach die mijn hart liet smelten. Iets wat ik nooit verwacht had dat dat bij mij kon gebeuren. Het leek zo goed te gaan. Ik merkte dat ik ging geloven dat jij echt de eerlijkheid zelve was.
Bij de andere vrouwen merkte ik dat ik na een tijdje een soort verlangen kreeg naar de ervaring van het doden van die vrouwen.
Bij jou, Elvira had ik dat niet. Ik ging dan ook vol vertrouwen weg in de wetenschap dat jij degene was die níet naar het kleine kamertje zou gaan. Het leek op een dolksteek toen bleek dat ook jij... Jij!! Waarom Elvira?? Waarom??
Jij hebt echter gewonnen Elvira. Anna had hard genoeg geroepen. Je broers waren op tijd om je te redden.
Daar lig ik nu. Bij al mijn ex-vrouwen in het kleine kamertje. En eerlijk gezegd, ik lig hier eigenlijk wel comfortabel.
Kijk voor meer informatie over Cozon Creatief en wat ik nog meer te bieden heb bij de pagina's Over CoZon Creatief, Coaching, Workshops, Eigen werk, Blogs.